Gegevens plotten met de TI

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)

Deze les behandelt hoe je een histogram of een frequentiepolygoon op de TI-83 kunt maken. Omdat alles altijd begint met een tabel met gegevens zullen we eerst bekijken hoe je zo'n frequentietabel moet invoeren in je TI.

Een frequentietabel invoeren.
 

Dat gaat via het menu  STAT  en dan  1:  Edit.
Als je dat indrukt krijg je een scherm als hiernaast.
Daar staan een aantal verticale lijsten L1, L2,..., L6 waar je getallen kunt invoeren.

• Als de lijsten niet leeg zijn kun je ze leeg maken door met de cursor op de naam (L1, L2, ...) van de lijst te gaan staan en dan op CLEAR te drukken.

•  Als er lijsten ontbreken of als ze andere namen hebben kun je, als je dat vervelend vindt, de boel resetten via  STAT  -  5: SetUpEditor ENTER
 

Goed, nu kun je je frequentietabel invoeren. Misschien is het handig om jezelf aan te wennen de meetgegevens altijd in L1 te zetten en de frequenties in L2. Als je te maken hebt met klassenindelingen denk er dan om dat je de klassenmiddens in L1 zet (uitkijken bij onduidelijke klassengrenzen!).
Neem bijvoorbeeld de volgende frequentietabel:
 
x [10, 16 [16, 22 [22, 28 [28, 34 [34, 40 [40, 46 [46, 52
f 4 8 11 14 18 10 3
 
De klassenmiddens zijn  13, 19, 25, ....
Dat zou na invoeren dus het scherm hiernaast geven.

(de lijst L1 kun je omdat hij zo mooi regelmatig is, trouwens heel snel invoeren!
Dat gaat met  LIST - OPS 5: seq(X, X, 13, 49, 6)  -   STO  -   L1  en als je daar meer over wilt leren moet je deze les maar bekijken)

Een plaatje maken.
Als de tabel in je rekenmachine staat, dan kun je er een plaatje van gaan maken met het menu STATPLOT.
Toets maar in  STATPLOT - 1:  - ENTER en je krijgt het menu hiernaast.

Zet  On Off  eerst op  On

Bij Type kun je nu kiezen uit zes verschillende soorten plaatjes. De tweede op de bovenste rij is een frequentiepolygoon en de derde is een histogram. Laten we kiezen voor een histogram.

XList moet de lijst zijn waar we de x-waarden hebben staan (in ons geval L1)
Freq  moet de lijst zijn waar we de y-waarden hebben staan (in ons geval L2)

Mark geeft aan welk tekentje er gebruikt moet worden, maar dat is voor een histogram niet van belang.

 
Voordat we alles goed in beeld kunnen krijgen moeten we natuurlijk zoals altijd eerst ons WINDOW goed zetten. Als je naar onze tabelgegevens kijkt zie je dat bijvoorbeeld  Xmin = 10,  Xmax = 52,  Ymin = 0, Ymax = 20  een redelijke keuze is. Verder kiezen we voor Xscl = 6 want dat is de breedte van de staafjes.
Voer dat allemaal in en voilá; je krijgt het prachtige histogram hiernaast.

En bij een frequentiepolygoon gaat het precies zo. Je zet het Type op het derde tekeningetje bovenaan. Verder staat er nu alleen "Ylist"  ipv  "Freq", maar die is uiteraard weer L2. Tenslotte is ook de Xscl van het WINDOW nu overbodig.

Wat heb je hieraan?
 
Tja.....

Om eerlijk te zijn:  Eigenlijk niets!!!

Op een toets zal je nooit gevraagd kunnen worden dit in te voeren. Je kunt immers moeilijk je GR mee inleveren?
En als je uit zo'n figuur dingen moet aflezen, dan zal er altijd eigen wel een werkblad of zoiets bij geleverd worden.

Daarom maar geen oefenopgaven bij dit onderwerp.
 

   

frequentiepolygoon

   

cirkeldiagram

   

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)