Raadsels.....

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)

   
1. Ik heb een doos vol met een groot aantal ballen.
Ernaast staan 3 bussen.
De helft van de inhoud van de doos verdeel ik gelijkmatig over de drie bussen.
Na afloop zit in de doos nog 72 meer dan in elke bus.

Hoeveel ballen zijn er?

         

216

           
2. We gaan een aantal opeenvolgende gehele positieve getallen bij elkaar optellen zodat er precies 50 uitkomt.
Noem het kleinste van die getallen n.
           
  a. Welk rijtje van 4 getallen geeft precies 50?
         

11-12-13-14

  b. Zoek een rijtje van meer dan 4 getallen dat 50 oplevert.
         

8-9-10-11-12

           
3. Een kleuter zit met een emmer water te spelen.
Hij gooit de helft van het water weg en voegt daarna weer een liter water toe.

Dat doet hij nog een keer en dan nog een keer.

Na afloop zit er 2,5 liter water in zijn emmer.
Hoeveel water zat er in het begin in zijn emmer?

         

6 liter

           
4. 7 vierkanten zijn tegen elkaar aangelegd om de figuur hiernaast te produceren.
Er blijkt een gat van 12 bij 3 cm over te blijven.
 

Wat zijn de afmetingen van het grootste vierkant?

         

37 cm

           
5. Batman besluit om een avond te gaan gokken. Hij heeft x euro tot zijn beschikking.
Eerst betaalt hij 5 euro toegang tot het casino. Daar verdubbelt hij zijn geld. Bij het weggaan moet hij nog eens 5 euro betalen aan parkeergeld voor zijn batmobiel.
Hij rijdt naar een ander casino en betaalt daar weer 5 euro entreegeld.
Weer verdubbelt hij zijn geld, maar als hij nu weer 5 euro voor het parkeren moet betalen merkt hij dat hij na afloop niets meer over heeft.

Hoeveel geld had hij in het begin van de avond?

         

11 euro

   
6. De broertjes Fred en Jeroen zijn samen een stuk aan 't fietsen, maar helaas botst Fred tegen een boom aan, en zijn fiets is helemaal vernield. Ze zijn nog 16 km van huis af.
Ze besluiten het leed te verdelen: Fred gaat naar huis lopen en Jeroen gaat fietsen, maar na enige tijd zal Jeroen zijn fiets tegen een boom laten staan en zelf verder lopen. Fred kan die fiets dan oppikken en verder fietsen.
Fred loopt 4 km/uur en fietst 10 km/uur,  Jeroen loopt 5 km/uur en fietst 12 km/uur.
Waar moet Jeroen zijn fiets achterlaten zodat Fred en Jeroen tegelijk thuis aankomen?
         

6 km van ongeluk

           
7. Uit een rode rechthoek is een groen vierkant weggelaten.
De overblijvende oppervlakte is 92 cm2
De overblijvende zijden in de figuur hiernaast zijn 8 en 4.

Hoe groot is het vierkant?

 

         

5 bij 5

           
8. De helft van Karin's leeftijd over twee jaar plus een derde deel van haar leeftijd drie jaar geleden is 20 jaar.
Hoe oud is Karin?
         

24

           
9. De moeder van Kees is nu vier keer zo zwaar als Kees zelf. Maar als moeder 28 kilo afvalt en Kees wordt 4 kg zwaarder, dan is moeder nog maar dubbel zo zwaar als Kees.
Hoe zwaar is moeder nu?
         

72 kg

           
10. Vader heeft twee dochters, Joke en Gezien.  Joke is 3 jaar ouder dan Gezien
Op een gegeven moment zegt Vader tegen Joke: “Ik ben nu precies dubbel zo oud als jullie twee samen, en ik ben óók precies 31/2 keer zo oud als jij
Hoe oud is vader?
         

42 jaar

11. Kangoeroewedstrijd

Eén kat slaapt op de grond, de tweede zit op de tafel.
Het hoogteverschil tussen hun oren is 150 cm.
Als de twee katten van plaats zouden ruilen, dan zou dat hoogteverschil 110 cm zijn.

Hoe hoog is de tafel?

           
 

         

130 cm

12. Kangoeroewedstrijd.

Een weegschaal die niet goed op 0 was afgesteld, wees voor Linda 67 kg aan. Bij Polly gaf de weegschaal 59 kg aan. Toen ze er samen op gingen staan, gaf de weegschaal 131 kg aan.

Wat was het werkelijke gewicht van Linda?

         

72 kg

           

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)