OPGAVEN
1. Een sinusgrafiek heeft een maximum bij (3, 8) en het eerstvolgende minimum daarna bij (6, 2)
Geef een mogelijke formule voor deze grafiek.

OPLOSSING
1. de evenwichtslijn ligt bij y = (8 + 2)/2 = 5
de amplitude is 8 - 5 = 3
een halve periode is 6 - 3 = 3 dus de periode is 6, dus in de formule staat 2
π/6 = π/3
de grafiek gaat midden tussen 3 en 6 door de evenwichtslijn, dat is bij x = 4,5
als we dat als beginpunt kiezen dan is de grafiek gespiegeld (gaat eerst omlaag)
Dat geeft de formule: 
y = 5 - 3 • sin(
π/3(x - 4,5))