Iemand heeft 6 houten kommetjes op een rij staan, en verder
ook zes kralen: 4 zwarten en 2 witten.
Op hoeveel manieren kan zij in elk kommetje precies één kraal doen?
2.
In een stoppen kast
staat een rij van 8 schakelaars die allemaal twee standen hebben:
omhoog = "AAN" en omlaag = "UIT"
Hoeveel mogelijkheden zijn er voor de rij als er precies 5 schakelaars
"AAN" moeten staan?
3.
Van een klas met 20
leerlingen heeft elke dag een groepje van 4 leerlingen corveedienst.
De mentor wil graag elke dag een ander groepje aanwijzen.
Hoeveel dagen kan hij dat volhouden?
4.
Een onderzoeker wil
een marktonderzoek doen naar 8 verschillende soorten frisdranken.
Zij heeft daarvoor een aantal kaartjes gemaakt waarop steeds 4
verschillende frisdranken staan, en de proefpersonen moeten daarvan de
lekkerste twee aanwijzen.
De onderzoeker heeft voor elk mogelijk groepje van 4 frisdranken een
kaartje gemaakt.
a.
Hoeveel kaartjes zijn
er nodig?
b.
Op hoeveel kaartjes
staat Fanta?
c.
Op hoeveel kaartjes
staan Fanta en Sprite beiden?
5.
Een meisje is gek op
stripboeken van Asterix en Obelisk. Ze heeft er maar liefst 24 van.
Ze mag van haar ouders op vakantie 5 van die stripboeken meenemen.
a.
Op hoeveel manieren
kan zij kiezen welke stripboeken ze meeneemt?
Op vakantie gaat zij
de meegenomen boeken één voor één (nogmaals) lezen.
b.
Hoeveel verschillende
volgorden zijn er voor haar om dat te doen?
6.
In een werkplaats
staat een stellage met daarin 24 opbergbakken voor gereedschap.
Iemand gaat daarin 5 verschillende schroevendraaiers opbergen.
a.
Op hoeveel manieren kan dat als
de schroevendraaiers in verschillende bakken moeten komen?
b.
Op hoeveel manieren kan dat als
er ook wel meerdere schroevendraaiers in dezelfde bak mogen?
c.
Op hoeveel manieren kan dat als
de schroevendraaiers allemaal precies gelijk zijn en er in elke bak maar
weer hoogstens één schroevendraaier mag komen?