OPGAVEN
 
   
1.

Jaarlijks wordt voor een onderzoek aan een groot aantal personen gevraagd hun lengte te schatten. We noemen deze lengte de geschatte lengte. Daarnaast wordt de lengte nauwkeurig door een onderzoeker gemeten. We noemen deze lengte de werkelijke lengte.
De geschatte lengte en de werkelijke lengte worden vervolgens met elkaar vergeleken. Het blijkt dat mensen in het algemeen hun lengte te hoog schatten.

In het onderzoek van een bepaald jaar schatten de vrouwen hun lengte gemiddeld 0,9 cm hoger dan hun werkelijke lengte. De standaardafwijking van de werkelijke lengte was 6,0 cm. De standaardafwijking van de geschatte lengte was 6,2 cm.

Bepaal of het verschil tussen de werkelijke lengte en de geschatte lengte gering, middelmatig of groot is.

   
   
OPLOSSING
1. Effectgrootte:  E = 0,9/(0,5 • (6,0 + 6,2)) = 0,147
Dat is kleiner dan 0,4 dus het verschil is
gering.