OPGAVEN
1.
Geef de periode, de evenwichtslijn en de amplitude van de volgende grafiek:
OPLOSSING
1.
evenwichtslijn:
y
= 2
amplitude: 3
periode: 6
Periodieke grafieken.
Periodieke grafieken zijn grafieken die "zich herhalen".
Hieronder zie je de meest voorkomende met drie termen die je moet kennen;
•
De evenwichtslijn is de lijn waaromheen de grafiek slingert (die blauwe lijn).
•
De amplitude is de maximale uitwijking die de grafiek ten opzichte van de evenwichtslijn krijgt (de groene afstand)
•
De periode is de horizontale breedte van één zo'n herhalend stuk (de rode afstand: meestal staat op de
x
-as de tijd).